Identity
‘Ik ben geadopteerd en groeide op in een witte omgeving. Door het weekend besefte ik voor het eerst: ik ben zwart.’ – Ninette
Wat is identiteit? Wat bepaalt jouw ‘ik’ en wat bepaalt bij wie je je het meest thuis voelt? Is het je geslacht? Je huidskleur? Je gender?
Het is natuurlijk al die dingen samen, en nog veel meer.
Afro-Amerikaanse vrouwelijke denkers ontwikkelden het begrip ‘intersectionaliteit’. Daarmee wordt bedoeld dat onze identiteit wordt gevormd op het kruispunt van heel verschillende factoren. Denk er maar eens over na op welke manier je zelfbeeld wordt bepaald door factoren als:
- je geslacht
- je seksuele oriëntatie
- je huidskleur
- je etniciteit
- het land waar je bent geboren
- de sociale klasse waartoe je behoort
- je scholing en maatschappelijke ontwikkeling
- je culturele achtergrond
- je materiële welstand
- je religie
- je leeftijd
- je gezondheid
- je verblijfsstatuut
- het feit dat je in west-Europa leeft
De combinatie van deze factoren is niet alleen bepalend voor iemands identiteit. Het is vaak ook de basis om macht te verwerven, of om te discrimineren. Bijvoorbeeld: de combinatie van een donkere huidskleur + vrouw zijn + homoseksueel zijn + leven in armoede leidt sneller tot discriminatie dan een donkere huidskleur + vrouw zijn + heteroseksueel + welgesteld.
Inzicht in je eigen identiteit helpt je om op te komen voor je rechten en je eigenwaarde.
Het helpt je om het superioriteitsgevoel van een ander te ontmaskeren.
Exploring who you are
Ieders identiteit is anders, maar soms zijn er overlappingen in je identiteit met anderen. Misschien zijn er wel eigenschappen of kenmerken die jullie gemeenschappelijk hebben zonder dat je het weet. Ga in de volgende opdracht op zoek naar wat jullie gemeenschappelijk hebben en wat je onderscheidt van elkaar. Zowel eigenschappen, gedragingen als uiterlijke kenmerken kunnen een deel van je identiteit zijn.
STAP 1
- Vorm groepjes van 3 (of 4) personen.
- Neem een blad (liefst zo groot mogelijk) en een stift.
- Teken voor elk van jullie een cirkel/ovaal en zorg dat die overlappen in het midden. Aan de zijkant overlapt het op een punt telkens met de cirkel links of rechts daarvan.
- Zet bij elk van de cirkels/ovalen een van jullie namen.
STAP 2
- De opdracht is om per vlak dat er ontstaan is in jullie tekening minstens 3 dingen te bedenken.
- In het vlak bij jouw naam dat met niemand overlapt, schrijf je dus kenmerken/eigenschappen die enkel en alleen bij jou passen. Iets wat de anderen dus niet hebben/zijn.
- Bij een overlapping zoek je drie dingen die je gemeenschappelijk hebt met die persoon. (Let op bij een overlapping tussen 2 mensen mag het dus niet van toepassing zijn op de derde).
- In het midden komen de dingen te staan die jullie allemaal verbindt.
STAP 3
Als jullie overal drie dingen hebben gevonden, overloop je nog een keer alles.
Daarna kun je de volgende vragen bespreken
–>Waaruit bestaat je identiteit?
-> Op wat heeft je identiteit een impact?
-> Wanneer toon je welk deel van jezelf? Kies je er soms bewust voor om bepaalde dingen te laten zien? Of niet te laten zien?
-> Ben jij al eens in aanraking gekomen met discriminatie? Hoe uitte zich dit? Met welke van de hierboven genoemde factoren had die discriminatie te maken?
-> Herken jij jezelf in een van de personages in Us, (k)now? Waarom?
-> Zie je mensen zoals jij in het theater, op tv, in reclame?
-> Zie je leerkrachten zoals jij op school?
-> Denk je dat er andere jongeren zijn die, ook al lijken ze niet op jou, toch hetzelfde ervaren?
Als alle groepjes klaar zijn kunnen jullie eventueel jullie schema delen met anderen.