Het verhaal
Een vrouw, een man, een kind. Ze gaan naar de markt en kopen daar een aubergine, twee citroenen en vijf abrikozen. Ze steken het in de boodschappentas. Ze gaan terug naar hun huis, gaan op de berg, maar het huis is weg. Heeft het huis benen gekregen? Zouden ze het huis kunnen roepen, zoals een hondje? Ze zoeken, maar vinden het huis niet. Tijdens hun zoektocht ontmoeten ze een hebberige wolf die het gezin verleidt om hen met een boot naar een land aan de andere kant van de oceaan te brengen. Het land heeft huizen, een stad, bossen, fabrieken, treinen, auto’s, witloof … Maar geen huis met benen. De mensen zijn zuur als citroenen, de auto’s staan in een rij en blaffen, fabrieken laten protjes. De huizen hebben geen benen. Dat huis is niet in dit land. Enkel in de droom van het kind wordt het gezin herenigd met hun huis.
De Bus met benen is een verhaal over mensen op de vlucht, maar dan in sprookjesvorm. Luister hier wat de makers er over zeggen.
…
Opdracht achteraf: reconstrueer het verhaal van de bus met benen
Download en print onderstaande landkaart (1) en spelelementen (2). Knip de spelelementen uit en speel hiermee het verhaal na op de landkaart. Of je kan natuurlijk ook zelf een kind, papa, vrouw of wolf maken met vormen. Welke kleur heeft mama? Misschien is het kind wel rond in plaats van vierkant? Laat je fantasie de vrije loop.
Vragen die je kan stellen aan de kinderen:
De man, vrouw en het kind gaan naar de supermarkt: wat kopen ze daar?
Wat is er weg als ze terug naar huis gaan?
Wat zegt de wolf?
Wat gebeurt er op zee?
Wat zien ze op het land?
Wat droomt het kind?